Hoe kunnen we stedelijk groen plannen dat gunstig is voor iedereen?
In mijn vorige blog over het belang en de toekomst van stedelijk groen heb ik het gehad over de voordelen van stedelijk groen voor de mentale en fysieke gezondheid van bewoners. Stedelijk groen draagt bij aan de kwaliteit van leven voor iedereen. Maar hoe kunnen regio’s, steden of dorpen de aantrekkelijkheid en kwaliteit van stedelijk groen verbeteren voor zowel mens als dier? In deze vervolgblog geef ik vier aanbevelingen voor een duurzame toekomst.
1. Grote natuurnetwerken verbinden met stedelijk groen: biodiversiteit
In de afgelopen decennia zijn veel Natura 2000-gebieden in Europa via groene en blauwe netwerken met elkaar verbonden om de migratie van flora en fauna van het ene naar het andere natuurgebied mogelijk te maken. Deze droge en natte verbindingen dragen bij aan een verrijking van de biodiversiteit. Soorten kunnen migreren, zich voortplanten en voedsel vinden, wat bijdraagt aan een gezondere en veerkrachtigere natuur. Op verschillende plekken wordt het nationale en internationale natuurnetwerk verbonden met regionale en lokaal groen, bijvoorbeeld in Amsterdam. Deze kleinmazigere uitbreiding van het natuurnetwerk heeft veel voordelen. Het heeft positieve effecten op de biodiversiteit in steden. Nieuwe natuurverbindingen maken het voor allerlei kleinere dieren, zoals reptielen, amfibieën, vissen en insecten gemakkelijker om te overleven in onze verstedelijkte samenleving.
2. Grote natuurnetwerken verbinden met stedelijk groen: duurzame recreatie
Ook voor de mens bieden deze nieuwe natuurnetwerken nieuwe kansen. Er kunnen nieuwe aantrekkelijke recreatieroutes worden ontwikkeld voor duurzame recreatie zoals fietsen, wandelen, hardlopen, paardrijden, suppen en kanoën. In Nederland is het vaak moeilijk om vanuit huis een kort ommetje te vinden. Zeker als je op zoek bent naar een aantrekkelijk ommetje die je binnen één à twee uur van een stedelijke naar een landelijke of natuurlijke omgeving brengt. Tijdens de pandemie viel op dat veel mensen met de auto naar natuurgebieden reden . Door kleinschalige natuurnetwerken op lokaal en regionaal niveau te creëren die stedelijk groen verbinden met het platteland en beschermde gebieden, zal het dus niet alleen de biodiversiteit in steden verrijken, maar ook veel voordelen opleveren voor stadsbewoners en bijdragen aan duurzame vrijetijdsbesteding.
3. Dichtbij groen: voor wie?
In mijn promotieonderzoek ontdekte ik dat het zien van dieren in het wild voor natuurliefhebbers (overwegend 50+, hoogopgeleid, leden van natuurorganisaties, en frequente bezoekers van natuurgebieden) hun sterke band met de natuur bevestigt. De natuur speelt al een belangrijke rol in hun levensstijl. Ze nemen de tijd en moeite om lange afstanden af te leggen naar groene plekken verder van huis. Maar hoe verbind je andere mensen dan natuurliefhebbers met de natuur? Mensen met beperkte vrije tijd, geen tijd, geld of andere middelen om verder weg te reizen? Ik ontdekte dat voor een breed publiek (35+, alle opleidingsniveaus, zowel mannen als vrouwen, gezinnen met kinderen) het ervaren van gewone dieren dichtbij huis kan bijdragen aan een persoonlijke band met groene plekken. Vooral de bekendheid van dieren kan een affectieve band vormen met het lokale groen. In 2007 riep Wolch op tot “Het terugbrengen van wilde dieren en planten naar de plaatsen waar de meeste mensen wonen” om de mens weer in contact te brengen met de natuur en om gezonde en veerkrachtige leefomgevingen te ontwerpen. Door te plannen voor toegankelijk lokaal groen waar mensen kunnen genieten van gewone wilde dieren (bijvoorbeeld eenden, hazen, waterhoentjes, zwanen, reigers en merels, allerlei soorten insecten en reptielen) , kan natuur voor iedereen beschikbaar worden en kan dit bijdragen aan een aantrekkelijke leefomgeving. Lokale natuuractiviteiten kunnen de band met stedelijk groen vergroten en nog belangrijker, mensen met verschillende achtergronden verbinden met de natuur – “hun” natuur.
4. Stedelijke vrijetijdsbesteding en toerisme: groene steden?
Het ontwerp van steden die de natuur omarmen is een trend in de stedenbouw die steeds meer aandacht krijgt. De pandemie heeft gezorgd voor een nog hogere urgentie om de kwaliteit van de stedelijke leefomgeving te verbeteren. Een “Groene Stad” wordt ontworpen, gepland en beheerd rond de natuur. Het “erkent de essentiële behoefte aan dagelijks menselijk contact met de natuur, evenals de vele ecologische en economische waarden van de natuur en natuurlijke systemen”. Stedelijk groen bestrijdt luchtverontreiniging, vermindert lawaai, matigt de temperatuur, vangt overtollig regenwater op en zorgt voor voedsel. In combinatie met het toenemende belang van het creëren van aantrekkelijke stedelijke leefomgevingen waar mensen kunnen rusten, ontspannen, nadenken en herstellen, kunnen groene steden – die streven naar levenskwaliteit voor iedereen – worden beschouwd als de steden van de toekomst.
Neem contact op met Akke Folmer voor meer informatie of als u hulp nodig heeft bij het uitwerken van een recreatie- en natuurnetwerkplan voor uw eigen regio, stad of dorp.
1 å